Schriftelijke vragen GR Publiek vervoer Zeeland
Datum indienen:
21 mei 2025
Indiener(s):
Ferdi Korsuize, Partij voor Goes
Onderwerp:
Zienswijze GR publiek vervoer Zeeland
Toelichting: Vragen naar aanleiding van het concept voorstel Gemeenschappelijke Regeling Publiek Vervoer Zeeland
Vragen
1 Blz. 4 artikel 4.2/4.3
Hieronder valt niet de bevoegdheid tot het verlenen , wijzigen of intrekken van de concessies/contracten.
Vraag, Wie is hier dan wel verantwoordelijk voor? Op dit moment zou dat voor de gemeente Goes de GR SWVO zijn. Komen deze verantwoordelijkheden nu direct bij de gemeente Goes te liggen?
2 blz. 5 artikel 5.3
Aanvullende taken verrichten
voor derden. Publiekelijke taken en doelgroepen is een breed begrip en sommige taken zijn voor de commerciële markt.
Vraag, Kunt u benoemen welke taken er eventueel nog toegevoegd kunnen?
3 blz. 8 Artikel 9.4
Het stemgewicht wordt eenmaal per vier jaar vastgesteld en eventueel aangepast.
Vraag, Waarom is voor een periode van vier jaar gekozen en niet voor een kortere periode van bijvoorbeeld twee jaar?
4 blz. 12 Artikel 16.1.a
Bij aanvang van de regeling wordt de eerste zes jaren de voorzitter vanuit Zeeuws-Vlaanderen voorgedragen.
Als reden hiervoor wordt in de toelichting geschreven dat de Zeeuws Vlaamse gemeentes al deelnemer waren in de “oude GR”
Vraag 1, De gemeente Goes was toch al deelnemer via de SWVO. Deze had toch aandelen in deze GR. Of hebben we het hier over een andere GR.
Vraag 2. Zijn er behalve het feit dat het de “oude eigenaren” zijn nog andere redenen om deze voorkeurspositie te legitimeren?
5 blz 17 Artikel 26.2
Dit artikel suggereert volgens ons dat het voor andere partijen, gemeentes of Provincies, mogelijk is om toe te treden tot de GR.
Vraag, Is dit exclusief voor Nederlandse gemeentes of moeten we hier ook aan onze zuiderburen denken?
6 blz 23 Artikel 44 Evaluatie, 1.
Evaluatie vind eerst na drie jaar plaats en daarna om de vier jaar.
Vraag 1. Waarom is voor deze periodes gekozen en niet bijv. structureel om de twee jaar?
Vraag 2. Geld deze evaluatie ook voor de onder deze GR vallende mobiliteitscentrale Zeeland?
7 blz 30 tweede aandacht bolletje
Hier wordt gesproken over klantenservice en klachten afhandeling.
Vraag 1, wordt de klantenservice uitgevoerd in samenwerking met de landelijke klantenservices zoals 9292 of wordt dit een lokale service?
Vraag 2, Klachtenafhandeling wordt deze binnen de GR gedaan of door de mobilteitscentrale en hoe is toezicht of terugkoppeling geregeld?
8 blz 32 1.6 derde alinea
Hier wordt gesproken over het fixeren van budgetten met een evaluatie na drie jaar.
Vraag, Een scenario voor eventuele tekorten binnen deze drie jaar wordt echter niet genoemd?
9 Blz. 33. Laatste alinea
Indien taken worden uitgebreid dan is dit een besluit van het algemeen bestuur en worden deze voor 30% toebedeeld aan gemeenten en 70% aan provincie.
Vraag, wij kunnen dit niet plaatsen in de context van voorafgaande alinea’s. kunt u dit uitleggen?
10 Blz. 35 artikel 11. Verdeling zetels in het DB
Vraag, Klopt de rekensom dat de verdeling van het DB altijd naast de provincie , 2 A gemeentes en 1 B gemeente moet zijn. Een andere combinatie is niet mogelijk ?
11 Is er door de onderzoekers en schrijvers van dit concept ook gekeken naar een ander samenwerking verband dan de vorming van een GR. Bijvoorbeeld naar een samenwerking waarin wij als gemeente diensten afnemen van een “mobilitietscentrale” in plaats van deelname aan een GR?